Belastingplan 2025 aangenomen door de Tweede Kamer
Op 14 november 2024 is het Belastingplan 2025 aangenomen door de Tweede Kamer. Ten opzichte van het op Prinsjesdag 2024 gepresenteerde Belastingplan zijn er nog verschillende amendementen aangenomen die een wijziging vormen op de eerdere plannen. Tijd voor een update dus!
Overigens geldt wel dat het Belastingplan nog door de Eerste Kamer moet worden goedgekeurd. Niets is dus nog definitief. In dit artikel zetten wij de belangrijkste wijzigingen voor 2025 voor u op een rijtje (met name wat is gewijzigd in het eerdere Belastingplan 2025). Ook geven wij u nog een paar eindejaarstips.
Wilt u in 2024 nog gebruik maken van een regeling die in 2025 gaat wijzigen of heeft u andere vragen? Laat het ons weten!
Fiscale wijzigingen 2025
Renteaftrekbeperking vastgoedlichamen
Eerder informeerden wij u al over de nieuwe regels van de renteaftrekbeperking bij vastgoedlichamen. Vanaf 2019 kent de vennootschapsbelasting een generieke renteaftrekbeperking: rente op schulden is niet aftrekbaar voor zover het saldo van de verschuldigde en ontvangen rente hoger is dan 20% van de winst én boven de grens van € 1.000.000 uitkomt. In het Belastingplan 2025 waren aanvankelijk twee voorstellen opgenomen die zien op deze renteaftrekbeperking.
- Het eerste voorstel was dat de generieke renteaftrekbeperking met ingang van 1 januari 2025 zou worden verruimd. In 2024 geldt een maximum van 20%, in het Belastingplan 2025 werd voorgesteld dit te verhogen naar 25%. Bij amendement is nu besloten deze verhoging te verruimen naar 24,5% in plaats van de eerder voorgestelde 25%.
- Verder was er een tweede voorstel opgenomen om een beperking in te voeren specifiek voor vastgoedlichamen. Vastgoedlichamen die voor 70% of meer aan derden verhuurd vastgoed in bezit hebben, gedurende de periode van minimaal een half jaar, zouden te maken krijgen met deze renteaftrekbeperking. Voor hen gold niet langer een drempel gelden van € 1.000.000. Vastgoedlichamen konden de rente alleen aftrekken tot maximaal 25% van de fiscale EBITDA. Deze laatste wijziging is bij amendement geschrapt. Ook voor hen blijft de generieke aftrekbeperking gelden. Voor vastgoedlichamen is dit goed nieuws! De impact zou anders namelijk erg groot kunnen zijn.
Giftenaftrek
Eerder informeerden wij u over de wijzigingen in de giftenaftrek. Het Belastingplan 2025 bevatte geen wijzigingen op het gebied van de giftenaftrek vanuit privé, maar wel voor de giftenaftrek in de vennootschapsbelasting. Dit is nu veranderd.
Giftenaftrek vennootschapsbelasting
Als u vanuit een BV een gift doet aan een ANBI, dan is deze gift aftrekbaar van de winst. Wel geldt een maximum. Jaarlijks is het maximum 50% van de winst, met een maximum van € 100.000. Boven dit bedrag is de gift niet aftrekbaar.
In het Belastingplan 2025 was voorgesteld deze giftenaftrek in de vennootschapsbelasting te schrappen. Ook was het voorstel dat een dergelijke gift voortaan zou worden gezien als een belaste uitdeling aan de aandeelhouder in privé (belast met aanmerkelijk belang heffing van 24,5%/33%).
Bij amendement is besloten de giftenaftrek in de vennootschapsbelasting te handhaven. Er zullen dus geen wijzigingen worden aangebracht.
Giftenaftrek inkomstenbelasting
Als u vanuit privé geld geeft aan een goed doel (ANBI), kunt u deze gift onder voorwaarden in aftrek brengen in de aangifte inkomstenbelasting. Voor giften aan ANBI’s geldt dat voor de aftrekmogelijkheden een onderscheid moet worden gemaakt tussen een gewone gift en een periodieke gift. Voor gewone giften geldt een drempel en een maximum. De drempel is 1% van het drempelinkomen (inkomen en aftrekposten in box 1, 2 en 3 zonder rekening te houden met de persoonsgebonden aftrek) met een minimum van € 60. Het maximumbedrag is 10% van het drempelinkomen.
Is sprake van een periodieke gift (dat wil onder meer zeggen een gift die je gedurende minimaal 5 jaar aan het goede doel doet)? Dan geldt er geen drempel, maar wel een maximum van € 250.000 per jaar. In het Belastingplan 2025 was niks opgenomen over wijzigingen van de giftenaftrek in de inkomstenbelasting. Bij amendement wordt in 2025 het maximum voor de periodieke giftenaftrek aanzienlijk verhoogd van € 250.000 naar € 1.500.000 per jaar.
Periodieke giften worden in beginsel volledig in mindering gebracht op het inkomen in box 1. Als het inkomen in box 1 onvoldoende is om de volledige gift in aftrek te brengen, wordt de gift respectievelijk op het inkomen in box 3 en box 2 in aftrek gebracht. In combinatie met een ‘eigen’ ANBI kan deze verruiming voor u een zeer interessante optie zijn. Wilt u meer weten over de mogelijkheden? Neem dan contact met ons op.
Tariefswijziging box 2
Box 2 kent in 2024 twee schijven. Over de eerste € 67.000 (€ 134.000 met partner) uit aanmerkelijk belang is 24,5% belasting verschuldigd. Alles daarboven is belast tegen een tarief van 33%.
- Overweeg tijdige uitkering: Heeft u nog geen dividend uitgekeerd in 2024? Overweeg dan, wanneer mogelijk, in ieder geval € 67.000 uit te keren om optimaal gebruik te maken van het lagere tarief.
- Wacht met grotere uitkeringen: Bent u van plan een groter bedrag aan dividend uit te keren? Dan kan het fiscaal voordeliger zijn om met uitkeringen boven de € 67.000 te wachten tot 2025. In het nieuwe Belastingplan is namelijk een verlaging van het hoogste tarief van 33% naar 31% voorgesteld.
Houd rekening met excessief lenen
Houd wel rekening met het excessief lenen. Met ingang van 2023 is de Wet excessief lenen ingevoerd. Bedroegen de schulden op 31 december 2023 aan uw eigen BV meer dan € 700.000? Dan wordt het meerdere aangemerkt als fictief dividend en wordt dit meerdere in box 2 belast met aanmerkelijk belang heffing. Eind 2023 bedroeg het maximum nog € 700.000.
Nu is het maximum bedrag dat bij de eigen BV mag worden geleend nog € 500.000 U heeft dus nog tot 31 december 2024 de tijd om uw lening bij de eigen BV te verlagen tot het toegestane niveau. Schulden die deze bovengrens overschrijden worden in box 2 belast als dividenduitkering tegen eerdergenoemde tarieven.
Schulden met betrekking tot de eigen woning zijn uitgezonderd. Het kan raadzaam zijn voor het einde van het jaar uw schulden bij uw eigen BV af te lossen via dividenduitkeringen, maar wellicht is het bij u juist aantrekkelijk om de schuld te handhaven. Wilt u meer hierover weten? Bel of mail ons dan gerust!
Bedrijfsopvolging
De bedrijfsopvolgingsfaciliteiten in de inkomstenbelasting (doorschuifregeling) en de schenk- en erfbelasting (bedrijfsopvolgingsregeling, BOR) wijzigen aankomend jaar.
Voor de doorschuifregeling in de aanmerkelijk belang heffing wordt de dienstbetrekkingseis afgeschaft. De opvolger hoeft dus niet meer minstens drie jaar in dienst te zijn geweest om gebruik te kunnen maken van deze regeling. Wel geldt dat de opvolger minimaal 21 jaar oud moet zijn. Deze wijziging geldt ook voor de BOR. De voortzettingstermijn wordt voor beide regelingen verkort van vijf naar drie jaar.
Aanvullend wordt de bovengrens van het volledig vrijgestelde ondernemingsvermogen verhoogd van € 1,3 miljoen naar € 1,5 miljoen. Voor het vermogen dat deze grens overstijgt wordt het vrijstellingspercentage verlaagd van 83% naar 75%.
Btw op cultuur, sport en media
Voorgesteld was om het verlaagde btw tarief op cultuur, sport en media af te schaffen. Dit zou betekenen dat over deze goederen en diensten niet langer 9% maar 21% btw is verschuldigd. Via allerlei belangengroepen is hiertegen geprotesteerd én met succes! De Tweede Kamer heeft een motie ingediend tegen deze maatregel. Tijdens het debat op 14 november 2024 heeft het kabinet hierover een toezegging gedaan, waardoor het lijkt dat de maatregel van tafel is.
In de motie verzoekt de Tweede Kamer het kabinet om in de Voorjaarsnota 2025 met een alternatief te komen voor de beoogde afschaffing. De verhoging is dus wel aangenomen als wet, maar zal dus op basis van deze motie vóór 1 januari 2026 moeten worden aangepast.
Werkkostenregeling (WKR)
Via een amendement is de vrije ruimte van de WKR in de eerste schijf (loonsom tot € 400.000) verhoogd van 1,92% naar 2%. Financiering van dit amendement vindt plaats door verlaging van de regeling van groene beleggingen in box 3 (zie hierna onder box 3).
Eindejaarstips
Tot slot hebben we nog een paar eindejaarstips die u nog een belastingbesparing kunnen opleveren.
Schenkingen
Vergeet niet gebruik te maken van de jaarlijkse schenkingsvrijstellingen. In 2024 mag u maximaal € 6.633 euro belastingvrij aan uw (pleeg-, stief-) kinderen schenken. Daarnaast kan een belastingvrije schenking aan kleinkinderen en derden plaatsvinden van maximaal € 2.658.
Onder voorwaarden kunt u eenmalig gebruik maken van de verhoogde vrijgestelde schenking aan uw kinderen of hun partners (tussen 18 en 40 jaar). In 2024 bedraagt deze schenking maximaal € 31.813. Is de schenking bedoeld voor een dure studie van uw kind? Dan kan deze vrijstelling onder voorwaarden € 66.268 bedragen.
Jubelton ontvangen? Gebruik deze binnen twee jaar
Als u in 2022 of 2023 een onbelaste schenking (de welbekende jubelton) heeft ontvangen bedoeld voor een eigen woning, dan moet deze binnen twee kalenderjaren worden gebruikt. Voor schenkingen ontvangen in 2022 betekent het dat deze vóór 31 december 2024 besteed moeten worden aan een eigen woning. Anders is over de schenking alsnog schenkbelasting verschuldigd.
Schenking op papier: betaal op tijd uw rente
Een ander belangrijk aspect over schenkingen is het tijdig betalen bij schenkingen op papier. Heeft u (in het verleden) een schenking op papier (schenking onder schuldigerkenning) gedaan aan uw kinderen? Dan moet u hierover jaarlijks 6% rente betalen aan uw kind. Heeft u dat nog niet gedaan? Zorg ervoor dat u deze uiterlijk 31 december 2024 betaalt.
Heeft u vragen over uw mogelijkheden of heeft u hulp nodig bij het doen van de aangiften schenkbelasting? Laat het ons weten, wij helpen u graag!
Bespaar belastingheffing in box 3
Overweeg extra af te lossen op uw hypotheek, openstaande facturen te voldoen, een vakantie te boeken, verstrek bijvoorbeeld een geldlening aan uw eigen BV of doe een (herroepelijke) schenking. Het eerstvolgende peilmoment van uw box 3 vermogen is 1 januari 2025. Het kan dus lonen voor het einde van 2024 geplande uitgaven alvast te doen, hierdoor neemt uw totale box 3 vermogen af.
De vrijstelling voor groene spaartegoeden neemt in 2025 af tot € 30.000 (€ 60.000 samen met partner). Overweeg daarom uw overtollige groene spaartegoeden anders aan te wenden.
Per 1 januari 2027 vervallen de regelingen voor groene beleggingen in de inkomstenbelasting helemaal.
Investeringsaftrek
De kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) is in 2024 van toepassing wanneer de totale investeringen in bedrijfsmiddelen tussen de € 2.800 en € 387.580 bedragen. Heeft u nog niet voor meer dan € 2.800 geïnvesteerd in bedrijfsmiddelen? Overweeg dan geplande investeringen alvast naar voren te halen, zodat u alsnog de KIA kunt claimen.
Vanaf € 129.195 neemt het aftrekpercentage af. Bedragen uw investeringen al meer dan dit bedrag? Overweeg dan geplande investeringen pas in 2025 te laten plaatsvinden.